9 handige tips voor een internationale url-structuur

Jeroen van den Engel

15-06-2023

13minutenleestijd

Domeinnaam

Wie zijn bedrijf wil uitbreiden naar het buitenland, ontkomt er niet aan om zijn website te vertalen. Soms wordt gedacht dat het vertalen van de content voldoende is, maar dit is niet het geval. Als je in het buitenland hoog wilt scoren in de zoekmachines, is het verstandig om ook aandacht te besteden aan de internationale url-structuur. Omdat lang niet iedere ondernemer weet hoe hij dit doet, schiet ik te hulp. In deze tekst zet ik namelijk een aantal internationale url-structuur tips op een rijtje die eigenlijk iedere ondernemer toe moet passen bij uitbreiding naar het buitenland.

Wat is een url-structuur?

De meeste mensen weten dat een url het adres van een website is. Toch roept de term ‘url-structuur’ regelmatig vragen op. Ben je niet bekend met de term? Dan is het handig om hier eerst wat meer over te weten. Zonder de benodigde kennis wordt het namelijk lastig om met een internationale url-structuur aan de slag te gaan. Om je op weg te helpen, leg ik je hieronder uit wat een url-structuur is. Dit doe ik aan de hand van de verschillende onderdelen waaruit een url bestaat.

Protocol
Met het protocol wordt het eerste deel van een url aangeduid. Tegenwoordig is dit vaak ‘https://’. Deze afkorting staat voor ‘Hypertext Transfer Protocol Secure’. Er zijn ook url’s die beginnen met ‘http://’. Eerstgenoemde protocol is veiliger, want dit is een adres met beveiligde verbinding via SSL.
Subdomein
Na ‘https://’ volgt vaak ‘www.’. Laatstgenoemde deel wordt ook wel het subdomein van een url genoemd. Het subdomein is overigens niet altijd ‘www.’, want dit kan bijvoorbeeld ook ‘admin.’ of ‘blog.’ zijn.
Domeinnaam
De domeinnaam is in principe niets anders dan de naam van de website. ‘Hostnet’ is bijvoorbeeld de domeinnaam van deze website.
Topleveldomein
Voor wat betreft het topleveldomein (TLD) maken we onderscheid tussen landgebonden TLD’s en algemene TLD’s. Voorbeelden van landgebonden TLD’s zijn ‘.nl’, ‘.co.uk’, ‘.be’, ‘.de’ en ‘.fr’. Een voorbeeld van een algemene TLD is ‘.com’.
Root domain
Het root domain wordt gevormd door de domeinnaam en TLD. In het Nederlands staat dit ook wel bekend als hoofddomein. Het hoofddomein van Hostnet is ‘hostnet.nl’.
Slug
Wanneer je het root domain bezoekt, kom je op de homepage van een website terecht. Toch kan een url ook nog langer zijn. Het gedeelte dat achter het root domain staat, noemen we ook wel de slug. De slug is vaak standaard de titel van een pagina, maar deze kan meestal aangepast worden.

9 tips bij een internationale url-structuur

Nu je weet hoe een url-structuur eruit ziet, wordt het tijd om hier verder in te duiken. Er zijn mensen die denken dat een internationale url-structuur hetzelfde is als die van een Nederlandse url, maar dat is niet het geval. Om te voorkomen dat je de fout ingaat, zet ik hieronder 9 tips onder elkaar die van pas komen bij een internationale url-structuur.

1. Gebruik https:// en geforceerde regels

Wie aan de slag wil met een internationale url-structuur, doet er goed aan ‘https://’ als protocol te gebruiken. Daarnaast is het gebruik van geforceerde regels aan te raden. Hieronder sta ik hierbij stil. Daarnaast besteed ik aandacht aan een zogeheten ‘trailing slash’ die je soms aan het eind van een url ziet staan.

Zorg voor een SSL-verbinding

Bij een internationale url is het verstandig om voor een SSL-verbinding te zorgen. Je herkent deze verbinding aan de ‘s’ die achter ‘https://’ staat en het slotje in de adresbalk voor de url. Bezoekers weten hierdoor dat jouw website veilig is. Voor een SSL-verbinding is een SSL-certificaat nodig. Je krijgt dit certificaat pas als je aan kunt tonen dat een website daadwerkelijk van jou is.

SSL

Bied je bezoekers een veilige websiteverbinding. Beveilig ‘m met een SSL-certificaat.

Automatische installatie
Beter vindbaar in Google
Veilige https-verbinding
Privacybestendig
Vertrouwen bij bezoekers
7 dagen p/w support

Naar SSL

Forceer een www.-variant zodat je alleen te benaderen bent met www.

Www staat voor ‘World Wide Web’. Tegenwoordig zien we steeds vaker domeinnamen zonder subdomein. Je hoeft voor zo’n site geen ‘www.’ meer in te typen in de adresbalk, maar het hoofddomein volstaat: hostnet.nl in plaats van www.hostnet.nl. Toch is het bij een internationale url-structuur wel verstandig om een www-variant te forceren. Dit helpt je onder meer bij de restrictie van cookies als je meerdere subdomeinen hebt. Je www-variant is dan je website en andere subdomeinen kun je vervolgens gebruiken voor bijvoorbeeld een jaarverslag:

jaarverslag.voorbeeld.nl

Trailing slash

Aan het eind van een url zie je soms een ‘/’ staan. Dit wordt ook wel een trailing slash genoemd. Vroeger werd dit teken vooral gebruikt om naar bestanden te verwijzen, maar tegenwoordig verwijzen url’s niet vaak meer naar een bestand. Voor het hoofddomein heeft het geen invloed of er wel of geen ‘/’ achter staat. Beide url’s worden namelijk op dezelfde manier behandeld. Zo kom je zowel via ‘hostnet.nl’ als ‘hostnet.nl/’ op de homepage terecht. In een url die naar een onderliggende pagina verwijst, worden het hoofddomein en de slug wel van elkaar gescheiden door een trailing slash. Het maakt niet veel uit of er wel of geen slash aan het eind van een url staat, zolang het maar consistent is.

Samenvattend

❌ https://hostnet.nl/academy/wat-is-hosting/

✅ https://www.hostnet.nl/academy/wat-is-hosting

Rewrite rules

Wanneer bijvoorbeeld /over-ons/ verandert naar /nl/over-ons/ qua url, is het van belang om aan te geven dat deze pagina veranderd is door middel van een redirect. Het is belangrijk om een redirect toe te passen, omdat deze regels je webserver vertellen hoe de verwijzing moet functioneren. Als je de url’s van je website wilt redirecten, kun je dit het best doen in het .htaccess-bestand van je website. Op deze manier weet je namelijk zeker dat wijzigingen voor de hele site juist worden doorgevoerd.

In het .htaccess-bestand staat ook de logica voor de www-variant (indien aanwezig) en de trailing slash. Met het optimaliseren van het .htaccess-bestand vergroot je de kans dat de crawler van zoekmachines en bezoekers op een correcte en juiste manier worden doorverwezen. Als je in Google Search Console vervolgens je voorkeursdomein aangeeft, heb je een grote kans op een correcte indexatie.

2. Doe een internationaal zoekwoordenonderzoek

Een veelgemaakte fout bij het opzetten van een internationale url-structuur is dat Nederlandse url’s vaak een-op-een vertaald worden. Het opzetten van zo’n structuur kost je op deze manier weliswaar niet veel tijd, maar je kunt de plank volledig misslaan als je deze aanpak hanteert. Dit is zeker het geval als je een zoekwoord verwerkt in je url. In een andere taal kan het zoekwoord namelijk iets anders betekenen of zelfs helemaal geen betekenis hebben.

Om te voorkomen dat je een woord in een internationale url verwerkt die ze in een ander land niet kennen, is het verstandig om internationaal zoekwoordenonderzoek te doen. Op deze manier weet je welke woorden inwoners van een ander land zoeken. Dit helpt je niet alleen bij het vertalen van de teksten op je site, maar ook bij het opzetten van een internationale url-structuur. Als je ontdekt dat er in een ander land op andere woorden gezocht wordt dan in Nederland, kun je de url’s van je website hierop aanpassen.

3. Kies een logische opbouw zonder interne concurrentie en kannibalisatie

Het laatste wat je wilt, is dat pagina’s van je website met elkaar concurreren. Helaas komt dit regelmatig voor. Er is sprake van concurrentie of kannibalisatie als er voor url’s gekozen wordt die (deels) overeenkomen of door op meerdere pagina’s eenzelfde zoekwoord te gebruiken. Kies daarom voor een logische opbouw van je internationale url-structuur. Om dit wat duidelijker te maken, heb ik 2 voorbeelden van url’s op een rijtje gezet:

- jouwdomeinnaam.com/nl/webhosting
- jouwdomeinnaam.com/nl/webhosting-tips

Zoals je misschien al wel is opgevallen, staat er ‘webhosting’ in beide url’s. Dit kan ervoor zorgen dat deze 2 pagina’s met elkaar gaan concurreren. Denk niet dat je een van beide pagina’s moet schrappen, want dat is niet het geval. Door de juiste url’s te kiezen, kunnen deze pagina’s namelijk prima naast elkaar bestaan. In de praktijk kan dit er als volgt uitzien:

- jouwdomeinnaam.com/nl/webhosting
- jouwdomeinnaam.com/nl/webhosting/tips

4. Houd je url’s kort en vrij van parameters

De slug kan een url flink langer maken. Als je als slug de titel van een pagina gebruikt en deze behoorlijk lang is, zorgt dit automatisch ook voor een lange url. Op het eerste gezicht is hier misschien niets mis mee, maar toch heeft het niet mijn voorkeur. Zoekmachines hebben weliswaar geen moeite met lange url’s, maar voor gebruikers is het niet prettig. Zo kan het kopiëren van lange links voor problemen zorgen. Kies daarom liever voor een korte url. Houd bij voorkeur een maximum van 100 tekens voor een url aan.

5. Kies voor gelokaliseerde vertalingen, juiste taalinstellingen en alternate url’s

Ga je uitbreiden naar het buitenland en heb je al een Nederlandse website? Dan heb je misschien de neiging om de url’s van deze site een-op-een te vertalen. Dit is een makkelijke en snelle manier, maar het levert je mogelijk niet het gewenste resultaat op. De url kan namelijk (zoek)woorden bevatten die inwoners van een ander land niet kennen of die in een andere taal iets anders betekenen. Dit voorkom je door voor een gelokaliseerde url te kiezen.

Naast een gelokaliseerde url moet je ook voor de juiste taalinstellingen op iedere pagina zorgen. Dit doe je door gebruik te maken van zogeheten ‘alternate url’s’. Hiermee laat je een zoekmachine zien wat de relatie tussen de verschillende talen is waarin de pagina’s van je website beschikbaar zijn. Is jouw site beschikbaar in meer dan 1 taal? Dan moet je voor elke pagina de beschikbare taalversies in de code opnemen.

6. Bekijk Google Search Console en voer aanpassingen door

Als je een eigen website hebt, wil je ongetwijfeld weten hoe deze presteert. Daarom is de kans groot dat je gebruikmaakt van Google Search Console. Deze tool geeft je belangrijke inzichten die je goed kunt gebruiken voor het aanpassen en ontwikkelen van je website. Heb je jouw website vertaald? Vergeet dan niet om de vertaalde variant los toe te voegen in Google Search Console.

Wanneer je de ‘nieuwe’ site toegevoegd hebt, kun je in Google Search Console aangeven op welke taal en welk land jij je met de betreffende site richt. Dit is niet de enige reden om hiervoor te kiezen, want het levert je ook relevante informatie op. Door iedere site in een andere taal apart te registreren in Google Search Console, krijg je namelijk informatie over ieder specifiek domein in plaats van alleen over het algehele domein.

7. Check? Double check

Heb je zelf redelijk wat kennis van een website maken? Dan denk je misschien dat je alles zelf wel kunt doen. Het gevaar is alleen dat je blind wordt voor fouten als je lange tijd met hetzelfde bezig bent. Doordat een kleine fout grote gevolgen voor jouw internationale url-structuur kan hebben, is het verstandig om je werk altijd door iemand te laten controleren. Laat je niet weerhouden door de eventuele kosten die hieraan verbonden zijn. Een fout kan je uiteindelijk namelijk veel meer kosten dan het bedrag dat je betaalt aan een professional om de door jou opgezette internationale url-structuur te controleren.

8. Verandert de huidige url-structuur? Denk aan de redirects

Als je niet (meer) tevreden bent met de url van een pagina, kun je deze wijzigen. Het aanpassen van de url-structuur is op zich niet zo lastig, waardoor je dit prima zelf kunt doen. Vergeet alleen niet aan de redirects te denken als je de internationale url-structuur aanpast. Als er andere pagina’s verwijzen naar de pagina waarvan je de url aanpast, moet je hier ook aandacht aan besteden. Doe je dit niet? Dan komen bezoekers op een niet-bestaande pagina terecht als zij op de link klikken en dat wil je te allen tijde voorkomen.

Met een redirect kun je ervoor zorgen dat bezoekers doorgestuurd worden naar de juiste (nieuwe) url. Op het gebied van redirects wordt onderscheid gemaakt tussen een 301-redirect en een 302-redirect. Je kiest voor eerstgenoemde optie als het om een definitieve wijziging gaat, terwijl de tweede redirect bedoeld is voor een tijdelijke wijziging. Bepaal dus goed voor jezelf welke redirect wenselijk is als je een aanpassing doet aan de internationale url-structuur van je website.

9. Gebruik het juiste topleveldomein: kies je voor een .nl of een .com?

Wie zijn website uit wil breiden naar het buitenland, kan voor dit land een nieuwe domeinnaam kopen. Hoewel dit op het eerste gezicht misschien een goede keuze lijkt, is dit meestal niet zo. Als je voor ieder land een domein koopt, maak je veel kosten en ben je bovendien veel tijd kwijt aan onderhoud en management.

Wil je geld en tijd besparen? Dan is het beter om voor elk land hetzelfde domein te gebruiken. Nederlanders hebben vaak de neiging om voor een .nl domein te kiezen, maar dit is niet altijd de beste keuze. Als je op voorhand al weet dat je jouw website ook uit wilt breiden naar andere landen, kun je beter voor een .com domein kiezen.

Nu vraag jij je waarschijnlijk af waarom een .com domein de voorkeur krijgt boven een .nl domein. Hier kan ik verschillende redenen voor opvoeren. Allereerst is .com het bekendste en populairste topleveldomein ter wereld. Daarnaast krijgt je website een internationale uitstraling als je voor een .com domein kiest en dat kan gunstig zijn voor je positie in de zoekresultaten. Dit komt bijvoorbeeld doordat de hele site profiteert van links die je krijgt. Wordt er op een Nederlandse site gelinkt naar je Nederlandse website? Dan plukt ook je Engelse site hier de vruchten van.

Ga voor een subfolder of -domein

In plaats van een topleveldomein kun je ook voor een subfolder of subdomein kiezen. Een voorbeeld van een subfolder is ‘jouwdomeinnaam.com/en’, terwijl ‘en.jouwdomeinnaam.com’ een voorbeeld is van een subdomein. Het grote voordeel van een subfolder is dat alle positieve punten van je website behouden blijven voor de zoekmachines. Kies je voor een subdomein? Dan moet je zaken als autoriteit en vertrouwen opnieuw opbouwen.

Conclusie voor een mooie internationale url-structuur

Heb je een eigen website en wil je deze uitbreiden naar een ander land? Vertaal dan niet alleen de content, maar creëer ook een internationale url-structuur. Een internationale structuur draagt namelijk bij aan de vindbaarheid van je website in het buitenland.

Wie een internationale url-structuur op wil zetten voor zijn website, moet rekening houden met een aantal zaken. Gebruik bijvoorbeeld altijd ‘https://’ en vergeet niet om internationaal zoekwoordenonderzoek te doen. Denk bovendien goed na over de opbouw van de url’s voor een meertalige website. Wanneer je dit niet doet, gaan pagina’s mogelijk onderling met elkaar concurreren en dat wil je te allen tijde voorkomen.

Als uitbreiding naar het buitenland gevolgen heeft voor je bestaande url-structuur, moet je bovendien aan redirects denken. Zo voorkom je dat bezoekers op niet-bestaande pagina’s terechtkomen. Tot slot is het belangrijk om het juiste topleveldomein voor je site te kiezen. Voor internationale websites heeft een .com site de voorkeur. Naast een .com domein kun je eventueel ook kiezen voor een subfolder of subdomein.